donderdag 23 februari 2012

Deuren

Ik heb altijd gezegd, ik wou dat ik in iemand zijn hoofd kon kruipen. En daar bedoel ik vooral mee dat ik de mensen met Alzheimer op een gegeven moment niet meer kan begrijpen. Mijn moeder bijvoorbeeld. Toen zij al heel ver weg was, zat ze heel vaak in zichzelf te praten. Ze verwarde mij vaak met haar moeder. En ze had heel veel lol. Waarom? Ik wilde dat ik het wist. Op haar sterfbed hield ze mijn handen stijf vast. Als of zij het leven en mij vast wilde houden. Ook toen begreep ik niet wat ze wilde zeggen, dus heb ik zelf maar ingevuld,  dat dit haar manier was om te zeggen dat ze van ons hield. Ook mijn “alzheimermaatje”ze is pas 60. Als je bij haar op visite bent, vraag je je af waarom ze in dat verpleeghuis zit. Ze komt heel “gewoon”over. Pas als je een gesprek met haar wilt voeren, merk je dat dat niet meer mogelijk is. Ze zegt wel ja en nee. Maar ze denkt niet meer mee. Dat zie je. Ze wil heel graag dat wij denken dat alles nog goed gaat, en ze is vaak heel bezorgd om ons. Maar over heel gewone dingen kun je niet meer met haar praten. Dus wij voeren een gesprek en zij luistert. Of doet alsof. Vandaar dat ik in die hoofden zou willen kruipen, zien welke deurtjes er gesloten zijn en welke nog open. Hoe verder de Alzheimer hoe minder deurtjes er open zijn, denk ik dan maar. En hoe leger het achter die deurtjes is.

 En terwijl ik dit schrijf denk ik dat je dat misschien toch maar niet moet willen, het is gewoon te griezelig.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten